Heimwee

Als kind had ik heimwee. Een nachtje logeren bij een vriendinnetje dat twee straten verderop woonde – mijn moeder kon me midden in de nacht komen halen. Eigenlijk heb ik het nog steeds. Op vakantie komt op dag 3 of 4 steevast een somberte over me, een zwaarte, en vanaf die dag ga ik stiekem aftellen tot wanneer we 'terug mogen'. Gelukkig gaan we, “omdat we thuis dieren hebben voor wie we ook altijd oppas nodig hebben”, nooit veel langer dan een week weg. Lekker op wereldreis met mij? Ik zou er niet aan beginnen.

Inmiddels kan ik er wel beter mee omgaan. Ik weet dat het gebeurt, en dat ik naar dat zware gevoel toe kan gaan met mijn aandacht. Dat werkt beter dan het negeren of het weg proberen te krijgen. Afgelopen zomer, op vakantie naar Oostenrijk, heb ik het heel prima gedaan, al zeg ik het zelf. Minder zwaarte, meer oké zijn met wat er was.

En dan is er nog een andere vorm van heimwee die ik soms voel. Heimwee naar waar ik was voordat ik hier was, in deze mensenvorm, in dit leven. Laatst overviel het me zomaar. Ik was buiten met de hond, hij rende blaffend de oprit af naar een stel bouwvakkers dat bij de weg aan het werk was, en ineens was het gevoel er: een hevig heimwee naar de sterren. Zo voelde dat echt, 'naar de sterren'. Misschien kwam het doordat ik had gelezen over zogenoemde starseeds, mensen die zich herinneren dat ze in wezen van een andere planeet afkomstig zijn en nu hier zijn geboren om het bewustzijn van die planeet hier te brengen. Er zijn boeken van een vrouw die zich herinnert van Venus te komen, letterlijk. Op internet kun je, geinig, uitzoeken van welke planeet je afkomstig zou zijn. En in de Inca-sjamanistische training die ik volgde, wordt aan het begin van een ceremonie onder andere dank uitgesproken voor 'de wijsheid van de Pleiaden'. De Inca's geloven dat Alcyone, de grootste ster van de sterrengroep Pleiaden, onze planeet via de zon energetisch 'informeert'.

Je kunt dat gek vinden, of de grootste onzin, of er rotsvast in geloven, of iets daartussenin. Wat weten wij eigenlijk van die oneindige, mysterieuze kosmos? Is eigenlijk niet Alles wat je maar kunt verzinnen mogelijk?

Voor mezelf kan ik alleen afgaan op wat ik ervaar. Soms is dat een soort ergernis of frustratie, dat 'alles hier op Aarde' zo langzaam gaat. Iets maken of bouwen, bijvoorbeeld. Je kunt het wel in je hoofd hebben, maar voor het ook daadwerkelijk is ontstaan... (Voorbeeldje: een boek schrijven. Of een deel van je schuur tot praktijkruimte ombouwen. Ik noem maar wat.) Ergens herinner ik me een staat van zijn waarin dat wat je bedacht, er meteen was. Moeiteloos. Hier botst en schuurt alles tegen elkaar, en spelen tijd en fysieke ruimte en materie een rol. En dan zo'n menselijk lichaam. Wat moet je ermee? Ooit was je gewoon je licht, je kleuren. Dat was voor iedereen vanzelfsprekend, en ook uitwisselen ging moeiteloos.

Soms voel ik verdriet, of zwaarte, om wat er allemaal in de wereld gebeurt. Hoe kunnen mensen zo omgaan met elkaar, met dieren, met de natuur? Hoe kunnen we (ikzelf inclusief) zo dom, grof en onbewust zijn? Waarom heb ik er in hemelsnaam voor gekozen om hier te worden geboren? (Want daar geloof ik dan wel in, dat dat een keuze was.) Simpelweg om deze ervaring op te doen, kan een antwoord zijn. Of: om je te herinneren wie je in wezen ook alweer was. Dat licht, de kleuren. Maar dan verpakt in, of uitgerust met, een menselijk lichaam. Ook nog voorzien van een steeds veranderend pakketje vol wensen en dromen (boek schrijven, mooie ruimte bouwen, iets goeds doen voor mensen, dieren, natuur), die je voortstuwen om ervaringen op te doen. Hier te zijn. En steeds meer jezelf te zijn, zoals je in de kern bent. Bewustzijn te ontwikkelen. Zoiets.

 

Ik had er iets over opgeschreven, die keer dat de hond naar de weg rende en het heimwee me overviel: 'Ik kom van de sterren en ik heb vaak een verlangen naar thuis gevoeld. Maar de sterren zijn in mij, om mij, ze zijn er om mij te helpen hier een thuis te maken. Ik heb een basis nodig om mijn werk te kunnen doen. Is dat zo?, vraag ik mij nu even af. Zachte handen zetten mij op de grond, leggen me neer, geven me aarding. En in het voelen van de aarding voel ik de Aarde, de planeet, hoe die onderdeel is van het Alles, van de sterren, het Universum, en hoe ik onderdeel van Alles ben, een deel van het geheel, Liefde, en ik kan nooit op de verkeerde plek zijn. Hier is de juiste plek.'